Nippend aan een cocktail op het strand van Zandvoort mijmert Christel Ramaekers over een vrijer leven. Ze pakt haar telefoon, surft op het internet naar camperbusjes en na een uurtje is ze smoorverliefd op een enorme gele Amerikaanse schoolbus. Zij doopt de reuzin Ophelia en nu is het stel al 2 jaar gelukkig samen. De spontane Belgelandse voelt zich eindelijk bevrijd. ,,Ik word al heel mijn leven onrustig als ik te lang op een plek zit. Die onrust is nu iets positiefs. Dan is het weer tijd voor een nieuw avontuur!’’

Wie het instagramaccount Busstuff298 van de 42-jarige Christel bekijkt ziet foto’s waar de liefde voor de charmante yellow lady vanaf spat. Ophelia is niet zomaar een huis op wielen voor de geboren Genkenaar. ,,Ik word gewoon altijd vrolijk wanneer ik ze weer zie. Uiteraard vind ik ze esthetisch ook ronduit prachtig. Ophelia is voor mij een grote gele brok happiness op wielen. Het gevoel van vrijheid en me overal kunnen thuis voelen speelt daar een grote rol in. Dat ik altijd op avontuur kan vertrekken. Het is een happiness, die ik ook graag wil uitdragen en met zoveel mogelijk mensen wil delen.’’

Je moet gewoon vertrekken, rondkijken en ontdekken

De uitbraak van de coronapandemie zorgt ervoor dat de in het oog springende tortelduifjes in eerste instantie vooral in Nederland rondzwerven. Dat blijkt geen straf. ,,Oh my god, wat heb ik in Nederland al prachtige plekjes ontdekt. Ik heb nog meer het besef gekregen dat je niet ver moet gaan om de wereld te zien. Ik heb dan ook niet echt droombestemming. Je moet gewoon vertrekken, rondkijken en ontdekken. Op de meest onverwachte momenten kan je dan zomaar ineens op een droombestemming uitkomen’’, vertelt Christel, die het liefst met Ophelia ergens aan het water staat. ,,Maar het varieert erg. Belangrijk voor mij is wel dat als ik zelf veel werken ben, Ophelia op een veilige plek staat.’’

Overwinteren in het zuiden van Europa is eigenlijk een must voor het lieftallige stelletje, want de gele Amerikaanse is niet echt gebouwd voor de kou en Christel wil van Ophelia genieten zoals zij is. ,,Ik wil ze graag zo origineel mogelijk houden, dus ook de vele ramen, die niet goed te isoleren zijn. Wel laat ik voor de komende winter een dieselkachel plaatsen, maar verder is het in de winter een kwestie van oppassen met je waterleidingen, een stapel lekkere warme dekens, sjaals en mutsen bij de hand en genieten van warme drankjes en maaltijden. Oh ja, en een uitgebreide warme douche bij familie of vrienden kan dan hemels zijn!’’, lacht de in Nederland wonende Belgische, die deze ongemakken graag voor lief neemt.

Ik wil vol in het leven staan

Christel heeft dan ook totaal geen angst om op deze manier in haar uppie met Ophelia rond te reizen en te wonen. ,,Spannend is het vaak wel, maar daarom voelt het ook steeds als een avontuur. Wat ik net heerlijk vind! Maar dat is vooral omdat het onbekend is en niet omdat ik schrik heb als vrouw alleen. Toen ik 18 jaar was heb ik iets heel traumatisch meegemaakt en daarna was ik een tijd heel angstig. Tot ik besliste dat ik zo niet door het leven wou gaan. Ik wil vol in het leven staan en kies ervoor om eerst het positieve in alles te zien. Als er wat negatiefs op je pad komt, dan heb je dat meestal niet in de hand, maar we kunnen wel kiezen hoe we erop reageren en ermee leren omgaan. Negatieve dingen overkomen zowel vrouwen als mannen, dus ik laat het feit dat ik een vrouw ben mijn leven niet beperken.’’

Niet iedereen in haar omgeving begrijpt de stap die zij met Ophelia heeft genomen. Sommigen vinden zelfs dat ze dakloos is, nu ze geen echt huis meer heeft. ,,Ik ben het er natuurlijk niet mee eens, maar ik begrijp wel van waar het komt. We worden allemaal opgevoed met het idee dat we veilig zijn wanneer we een eigen huis hebben, dat je daarin moet investeren voor later en als je dat hebt, je ook echt iets bereikt hebt. Als je dat zelf zo aanvoelt en het maakt je gelukkig, dan moet je die droom absoluut najagen, maar volgens mij definieert dit echter niet wie je bent, wat je bereikt hebt of dat je alleen dan een gevoel van thuis hebt’’, meent Christel.

Helemaal verliefd worden op een grote, gele schoolbus!

Christel kleurt haar leven momenteel dus vooral in het geel van Ophelia. De eerste ontmoeting is, nu ruim 2 jaar geleden, in september 2019 via wat je wel kunt vergelijken met een datingsite-avontuur voor busjes. ,,Ophelia is echt heel toevallig op mijn pad gekomen. Ik zat in een strandbar op de laatste dag van een weekje vakantie in Zandvoort, me te bedenken dat het weer een half jaar zou duren voor er nog een weekje vakantie zou komen. Ik werkte toen vast als event- en personeelsmanager en vrije weekends en feestdagen waren er sowieso nooit bij. En dus met dat uitzicht, en een cocktail in de hand, besloot ik dat het anders moest kunnen. Daar en op dat moment ben ik dan gaan googelen naar een soort van busje, waardoor ik er sneller op uit kon trekken. Nooit gedacht dat ik na een uurtje op Ophelia zou uitkomen en helemaal verliefd zou worden op een grote, gele schoolbus!’’

Eenmaal samen krijgt Ophelia een liefdevolle make-over van Christel. Vooraan heb ik een zithoek met televisie. Daarachter is de keuken met gasvuur, oven, koelkast en vriezer. In het midden zit een aparte douche, wc en opslagruimte. Mijn water wordt verwarmd door een geiser. Achteraan heb ik een heerlijk dubbelbed met daaronder een grote opslagruimte waar ik bij kan via de achterdeur.’’

Rondrijden geeft me een gevoel van vrijheid en rust

Naast de vrijheid is het gemakkelijker bezoeken van familie voor Christel ook een belangrijke reden om voor het busleven te kiezen. ,,Dat komt nu ook wel doordat al mijn werk binnen de horeca en eventsector sinds vorig jaar weggevallen is, maar het is gewoon top dat ik mijn huis bijvoorbeeld bij mijn ouders in de tuin kan parkeren voor een paar weken en lekker in en uit kan lopen. Zo ga je niet even een uurtje op bezoek, maar deel je weer even een leven samen’’, aldus de freelance event- en personeelsmanager, die haar plannen om dit werk te combineren met haar trauma coaching en reizen begin 2020 door covid volledig van tafel geveegd ziet worden.

Ophelia brengt echter een verrassende carrièremove tot stand. ,,De grote plus van het halen van mijn vrachtwagenrijbewijs om met Ophelia te kunnen rijden kwam plots in het spel. Ik heb er altijd van gehouden om op weg te zijn en nieuwe oorden te ontdekken. Rondrijden geeft me een gevoel van vrijheid en rust. Dus ik ben nu ook een zeer tevreden freelance vrachtwagenchauffeur die Europa doorkruist. Helemaal top toch!’’

Zo kunnen nog ongewisse Europese oorden zich dus gaan opmaken voor de verwelkoming van het opvallende liefdessetje. Opvallen doen zij zeker, dat blijkt wel als Christel en Ophelia door Nederland toeren. Mensen maken zelfs foto’s en video’s en sturen die naar de op het raam van Ophelia getatoeëerde sociale mediakanalen. Ook op hun standplaatsen hebben ze alle bekijks als de forse Amerikaanse het stralende zonnetje is in de rij met voornamelijk witte campers. ,,Eerlijk gezegd, ik hou wel van die aandacht’’, glundert Christel. ,,Ik zal nooit bewust iets doen, enkel om aandacht te trekken, want dan word ik er ongemakkelijk van. Maar wie ik ben en mijn enthousiasme dat ik vaak moeilijk kan temperen, zorgt er wel voor dat het vaak zo is.’’

Wat hoop ik dat ik sterk en gezond 100 word!

Het leukste aan het feit dat zij veel aandacht trekken vindt Christel de praatjes die ze hierdoor maakt en de vriendschappen die hieruit ontstaan. ,,Niet iedereen vindt ons leuk hoor, vaak zijn we net een tikkeltje teveel. Mensen denken weleens dat als je spontaan en enthousiast bent of 11 meter lang, geel en Amerikaans, dat je dat bent omdat je wilt opvallen. Maar we zijn gewoon wie we zijn. We gaan onze weg en we zijn zeker niet bewust bezig met aandacht vragen. We doen gewoon ons ding. Ik denk en hoop dan ook nog heel lang met Ophelia rond te reizen. Vooral ook omdat er al op 50, 100 of 200 kilometer afstand zoveel moois te vinden is. Beeld je in hoeveel trips ik dan nog moet maken om hier zo veel mogelijk van te zien. Mijn god, wat hoop ik dat ik sterk en gezond 100 word!’’

Foto’s: ©Klein Wonen Magazine

Een volledige versie van dit artikel verscheen ook in editie 14 van Klein Wonen Magazine