Naast klein en duurzaam wilden we ecologisch leven. Op het moment dat we begonnen met de bouw van ons huis hadden we een vaag idee hoe dat eruit moest zien. Inmiddels zijn we drie jaar verder en het begint het steeds duidelijkere vormen aan te nemen.
Ecologisch leven kan van alles betekenen. Bijvoorbeeld dat je zo min mogelijk CO2 uitstoot, zoveel mogelijk tweedehands materialen gebruikt of natuurlijke materialen, dat je alles op de fiets doet, zonnepanelen installeert of een wilde tuin aanlegt. Iedereen doet het op zijn eigen manier, vanuit zijn eigen mogelijkheden en ideeën over wat goed is voor de wereld. Wat hebben wij de afgelopen drie jaar geleerd?
Lees verder onder de foto.
Zuinig zijn
Duurzaamheid hoeft niet technisch en complex te zijn. Het is simpelweg zuinig zijn met de materialen en energie die je hebt. Maar bouwprojecten zijn wél complex, met deadlines, hoge kosten, vergunningseisen en regelgeving. We deden wat we konden in een snelkookpan van ontwerptekeningen, Bouwbesluit en hypotheekgesprekken. Zo gebruikten we bijvoorbeeld alleen maar Scandinavisch naaldhout, geen tropisch hardhout. De binnenmuren stukten we met leem uit Duitsland, dat een mengsel is van zand, silt, klei en water. En we mijdden stoffen met plastic of vergif.
Lees verder onder de foto.
Containerbegrip
Vlak na de bouw van ons huis begon ik als adviseur duurzame waterbouw bij de Rijksoverheid. Op mijn werk ontdekte ik dat we best goede keuzes hadden gemaakt, maar ook dat er nog veel te winnen viel. Duurzaam is een groot containerbegrip en in de bouw gaat het vaak over drie dingen: energieverbruik, CO2-uitstoot en grondstoffen.
De grootste duurzaamheidswinst zit in dingen niet doen. Klein bouwen is daar een goed voorbeeld van. Vervolgens geldt dat hergebruik vrijwel altijd duurzamer is dan bouwen met nieuwe materialen, ook als die nieuwe materialen ecologisch zijn, zoals hout en leem. In de reguliere nieuwbouw wordt bijna niets hergebruikt. We begrijpen wel waarom, want dat kost veel tijd, energie en uitzoekwerk – tijd die wij in ons vergunningsproces niet hadden.
Lees verder onder de foto.
Milieuvriendelijker
Als je dan toch nieuw bouwt, dan scoren materialen met een lange levensduur goed. Vervolgens is dat wat je van dichtbij haalt meestal beter, niet alleen vanwege de transportkilometers maar ook omdat in Europa vaak milieuvriendelijker wordt geproduceerd dan in andere delen van de wereld. Pas als laatste stap in het ontwerpproces ga je op zoek naar duurzamere materialen, zoals leem in plaats van kalkstuc en gordijnen van biologische hennep in plaats van vervuilend niet-biologisch katoen.
Lees verder onder de foto.
Vervuilend
Waar ik van schrok, is hoe vervuilend beton en cement zijn. Omdat het niet lukte om tijdens de bouw een aannemer te vinden die een ander type fundering wilde aanleggen, liet ik het maar voor wat het was. Maar een volgende keer zou ik meer moeite voor een alternatief doen, zoals een schroeffundering. Om verwarming en koeling van huizen te verduurzamen, wordt de trias energetica gevolgd: 1) zorg ervoor dat je zo min mogelijk energie nodig hebt, 2) gebruik energie uit hernieuwbare bronnen en 3) als je toch fossiele energie gebruikt, doe dat dan zo efficiënt mogelijk.
Wij moesten van de gemeente verplicht energieneutraal bouwen, maar we wilden een stapje verder gaan. In plaats van te compenseren met extra zonnepanelen, zoals onze buren deden, begonnen we bij stap 1 en plusten we de isolatie van de buitenschil flink op. Op die manier konden we onze elektrische installaties, zoals een warmtepomp, zonnepanelen en vloerverwarming zo minimalistisch mogelijk houden.
Lees verder onder de banner.
Duurzame toekomst
Want al tijdens de bouw vroeg ik me af of die elektrische apparaten wel zo duurzaam zijn. Op papier zijn ze de toekomst en, ook wanneer je de winning van schaarse grondstoffen en de vervuiling rondom de productie van zonnepanelen en elektronica meeneemt, nog steeds beter voor het milieu dan onze ouderwetse cv-ketels, houtkachels en kolencentrales. Maar het valt ons tegen hoeveel energie ons kleine, bovengemiddeld goed geïsoleerde nieuwbouwhuis nodig heeft om warm te blijven: zo’n 180 euro per maand in de winter. Is dat de duurzame toekomst? Ik denk dat er veel meer aandacht moet komen voor passiefbouw, een manier van bouwen waarbij je optimaal rekening houdt met verwarming en koeling, bijvoorbeeld door deels onder de grond te bouwen, ramen klein te houden en muren dik, een beetje zoals onze verre voorouders al deden met hun aardehuizen en strolemen boerderijen.
Bewust leven
Duurzaamheid is een technische, beleidsmatige term. Je draait er mee aan de knoppen voor energie, grondstoffen en broeikasgassen in een systeem dat in zichzelf niet duurzaam is – zoals onze woningbouw. Voor ons gaat duurzaamheid een stap verder. Het gaat over eenvoudig, zuinig en bewust leven, op een menselijke maat. En het gaat over ruimte maken voor natuur.
Lees verder onder de foto.
Voedsel produceren
Nu de bouw zo goed als klaar is, begint onze tuin heel langzaam voedsel te produceren. Vorig najaar konden we een maand van onze eigen appels eten, die van twee appelbomen in de achtertuin kwamen. De bessenstruiken schoten de lucht in en als ik, in de chaos van het huishouden met een baby, niet vergat om de zaailingen water te geven, hadden we ook verse sla. Afgelopen winter heb ik onze eerste compost geoogst van het groenafval dat we in een jaar verzameld hebben en dat ik over de moestuin-in-wording heb verspreid.
Ondertussen maakt mijn man vrijwel alle meubels in huis zelf, soms van resthout, soms van nieuw hout. Het gaat erom dat er aandacht en tijd in mag zitten, dat niet alles efficiënt hoeft, niet gister af hoeft te zijn, niet perfect hoeft te zijn, als tegengas voor het dagelijks leven dat op andere momenten maar voort dendert. Dat we geen auto hebben, past in diezelfde gedachte. Alleen bij het idee dat onze voortuin een parkeerplaats zou zijn in plaats van de wilde bloementuin die het nu is, voelen we al weerstand.
Lees verder onder de foto.
Wildernis terugbrengen
Die bloementuin is belangrijk, net als de wilde haag met boswilg en hazelaar en meidoorn die we geplant hebben. We hebben een bijzonder en comfortabel huis, maar het gaat niet alleen om ons. We willen een beetje wildernis terugbrengen in onze aangeharkte leefomgeving. Niet iedere centimeter hoeft benut te worden om te wonen of om groenten te verbouwen. Niet alles om ons heen hoeft nuttig te zijn. De bloementuin staat er straks weer treurig bij in de natte sneeuw. Onze buren zouden het misschien onverzorgd noemen. Maar daar denken de putters anders over die nog iets eetbaars in de kaardebollen vinden.